Na koffie met verjaardagstaart, rijden we weer met de metro naar Rotjeknor. Het is mooi weer, in ieder geval droog en we laten ons door wat caches door de stad leiden. De gebouwen hier zijn vooral hoog. Soms mooi, soms spuuglelijk. In Delfshaven is het weer kleinschalig en kneuterig. 15 kilometer en 13 caches verder hebben we genoeg gewandeld en gaan we naar het museum van natuurhistorie. Ook een beetje kneuterig. Vlinders waarvan de vleugels ernaast liggen,een ieniemie tentoonstelling over dode dieren met een verhaal. Hier ligt ook de domino-mus en de necro-eend. Een eend die zich doorvloog tegen een kas en daarna verkracht werd door een soortgenoot. Het meest bijzonder zijn de bizarre dieren. Wat dat zijn? Geen idee, kijk maar op de foto. We lopen door naar de Witte de Withstraat, waar veel cafeetjes en eettentjes zijn. We stoppen in Bazar, een enorme tent met oosterse specialiteiten. Heerlijk!
