dinsdag 13 oktober 2015
Dag 32, Mojácar
Na het afscheid van onze 50 lieve mussenvriendjes en -vriendinnetjes vertrekken we voor ons eerste doel deze ochtend. Dat is de vuurtoren de faro, op het meest zuidoostelijke puntje van Spanje. De rotsen zijn hier zwart, waarschijnlijk door de vulkanische oorsprong. De vuurtoren is veel kleiner dan we hadden gedacht. Ook is het heel druk. Later blijkt dat het een Spaanse nationale feestdag is. Het uitzicht is geweldig, maar het is niet helder genoeg om het Rifgebergte in Marokko te zien. Vroeger was de weg naar de vuurtoren heel smal, onze boekjes waarschuwden ons voor de rit. Maar wat blijkt, de weg is verbreed en prima te doen met de camper. We rijden weer terug en vertrekken naar de andere kant van Gabo de Gata. Via een klein stukje snelweg en daarna een prachtige route door de bergen. Carboneras is een typisch strandstadje, met veel palmbomen een boulevard, maar met een bijna leeg strand ondanks het prachtige weer. Ook apart hier is dat er een enorme fabriek op het strand staat. Wij zien alleen de enorme toren. We toeren door en de weg buigt af de bergen in. Ook deze weg is groen op de kaart en bijzonder fraai. De weg kronkelt echt tegen de bergen op en biedt geweldige vergezichten over de blauwe Middellandse zee. We lunchen in Sopalma en piepklein dorp in de heuvels. Eenmaal op het terras, begint het wachten en genieten. Het terras is overvol en de drukke ober, weer een echt mannetje, hobbelt in looppas over het terras terwijl de slapstickmuziek speelt. We leggen uit dat John glutenvrij moet eten en hij zegt in plat Andalusisch: Kesesso?? Wasdah? Het beetje uitleg lijkt hij te begrijpen en hij komt terug met de drankjes. Een biertje voor Saskia en een fles witte wijn voor John. We beginnen te vermoeden dat hier alleen een menu del dia wordt geserveerd. En dat klopt. Een ensalada mixta met een kaas-worst-plankje vooraf en daarna gegrilde tonijn. Zo veel dat de terraskatten ervan meegenieten. Toe koffie en citroentaart. Saskia treft nog een poepende oma op de wc aan,die de deur niet op slot heeft gedaan en onverstoorbaar doorpoept. We rijden verder richting Mojácar. Op het tweede strand parkeren we onze camper. We zien alleen het uitzicht en niet het bordje dat nachtelijk parkeren hier verboden is. We hebben gehoord dat in het laagseizoen veel gedoogd wordt, dus we wagen het erop. Dan blijkt dat we vlak naast een cache staan. Sterker nog, naast een hele route over een prachtig pad boven het strand langs. We vinden 8 caches. Cadeautje.