Amsterdam is de eerste bestemming van dit jaar. Tegen twaalven rijden we het camperterrein op. Er zijn nog maar drie plaatsen vrij. Een tijdje later lopen we in het overvolle Amsterdam. Het is kerstvakantie en natuurlijk het lichtfestival. Voor alle musea en attracties staan enorme rijen. De rij voor het Anne Frankhuis loopt tot drie straten verderop door. Wij bekijken de Westerkerk, waar Rembrandt begraven ligt. Binnen is het heel rustig. Onze volgende halte is een bruin café met heerlijke Belgische biertjes en een vrije tafel voor het raam. Gezellig en de Carolusbiertjes smaken top. We besluiten om maar vroeg richting onze favoriete Chinees te gaan, omdat daar meestal ook een rij staat. Nu ook al, maar de wachttijd is maar tien minuten. Het eten staat binnen vijf minuten op tafel en smaakt zoals verwacht, goed. Sambal in je oog doet echter pijn en je gaat er ook niet scherper van zien.
Op naar de volgende rij. De rondvaartboot langs alle lichtobjecten van het festival. 20 minuten later varen we door de donkere grachten op een oude stinkende en loeiwarme boot. Gelukkig kan het raam open. De objecten variëren. Van heel bijzonder zoals de kleurige, floating bridge, de wachters bij het Hermitage, de toren bij de magere brug, de zwevende cirkels en de circle of life tot heel abstract en minder interessant. Na ruim een uur stappen we van de boot over op de veerpont over het IJ. Het waait nog steeds enorm hard, maar het is droog! Nog een wijntje in de camper en dan is de dag alweer om.